Werk, Scholing & Vrije Tijd

Doel van de behandeling in FPC Dr. S. van Mesdag is: ‘het zodanig verkleinen van de kans dat de patiënt opnieuw een ernstig delict pleegt, dat de patiënt veilig en verantwoord kan terugkeren naar de samenleving’.

Dat betekent dat de patiënt niet alleen moet werken aan het verminderen van de kans op recidive (opnieuw plegen van een delict), maar ook aan zijn toekomst. De patiënt moet zichzelf de vraag stellen: ‘Hoe zou mijn daginvulling er straks uit kunnen zien?’

Een zinvolle daginvulling is een voorwaarde voor een succesvolle terugkeer naar de samenleving. Daarom vinden we het belangrijk dat de patiënt die vaardigheden ontwikkelt, die hij nodig heeft om na zijn behandeling goed te kunnen functioneren. Door te werken en deel te nemen aan onderwijs, sport en activiteiten in de vrije tijd kan een patiënt veel van die noodzakelijke vaardigheden (verder) ontwikkelen.

Werk- en/of scholingstraject
Tijdens het diagnostische onderdeel van een zorgprogramma bekijkt de educatief therapeut samen met de patiënt en zijn behandelaar welk scholings- en/of werktraject het beste past bij de patiënt. Criteria zijn onder meer: arbeids(on)geschiktheid, capaciteiten, interesses, motivatie, opleiding en werkervaring en de talenten en/of onbenutte kwaliteiten van de patiënt.

In eerste instantie volgt de patiënt het scholings- en/of werktraject in de Mesdag zelf. In de latere behandelfases wordt gekeken welke mogelijkheden er zijn buiten de Mesdag. Een individueel trajectbegeleider begeleidt de patiënt bij het zoeken naar werk of een andere zinvolle dagbesteding buiten het fpc. Dat gebeurt alleen wanneer de patiënt veilig kan functioneren in de samenleving.

Werk
In de Mesdag zijn verschillende mogelijkheden om werkervaring op te doen. We proberen voor elke patiënt een geschikte werkplek te vinden qua interesse en mogelijkheden.

Arbeidsgeschikte patiënten kunnen bijvoorbeeld werken bij de metaal, hout, administratie, horeca, repro, klussenbureau, winkel, groenvoorziening, schoonmaak of de productie. Een patiënt leert hier om te gaan met de werkdruk en de omgangsvormen, zoals hij die ook buiten het fpc zal tegenkomen.

In het dagactiviteitencentrum (DAC) zijn met name patiënten met psychotische stoornissen te vinden, die daar deelnemen aan laagdrempelige activiteiten. Vanwege hun stoornis is het voor hen lastig zich staande te houden in een reguliere werkomgeving.
Op het DAC kan een patiënt, zonder dat er prestatiedruk op hem wordt uitgeoefend, zijn eigen mogelijkheden beter leren kennen. Intensieve en persoonlijke begeleiding staan hier centraal. Er wordt individueel of in kleine groepjes gewerkt. Vanuit het DAC stroomt een aantal patiënten door naar een werkplek bij de arbeid waar wel het één en ander van de patiënt wordt verwacht.

Een patiënt wordt betaald voor de uren die hij werkt. Per uur verdient hij € 2,–. Ook krijgt elke patiënt € 67,83 per maand van het ministerie van Veiligheid & Justitie (zak- en kleedgeldregeling). Dit is een vast bedrag.

Scholing
Bij de afdeling educatie (onderwijs) kan een patiënt diverse opleidingen/lessen volgen. Zo kan hij zich opgeven voor lessen rekenen, Nederlands, Engels of computervaardigheden.

Een patiënt kan ook een beroepsgerichte opleiding volgen. Het werk, de praktijk, combineert hij dan met een theorieopleiding. Een erkende onderwijsinstelling neemt de examens af, zodat de patiënt een erkend diploma krijgt waarmee hij buiten aan de slag kan.

Vrije tijd
Patiënten mogen zelf bepalen hoe ze hun vrije tijd invullen. Voorwaarde is wel dat de activiteiten passen in het behandelplan van de patiënt. Mogelijke activiteiten in de vrije tijd zijn:

  • Onderwijs
  • Sport (individueel of in een groep)
    Voor patiënten is sporten belangrijk om op het juiste gewicht en fit te blijven en energie op een positieve manier kwijt te raken. Sporten draagt bij aan het geestelijk welzijn. Teamsport is een goede manier voor het oefenen van sociale vaardigheden.
  • Bibliotheekbezoek
  • Activiteiten georganiseerd door het Sociaal Cultureel Werk (SCW)
    Dit zijn activiteiten binnen en buiten de Mesdag, zoals een bezoek aan een museum, een discussieavond, disco- of karaoke-avonden, wadlopen en zeevissen.
  • Bezoek aan de Mesdagwinkel
    In de winkel worden vooral levensmiddelen en kleding verkocht.
  • Bezoek aan de geestelijke verzorging
    Voor ondersteuning bij zijn geloofs- of levensovertuiging kan de patiënt terecht bij een geestelijk verzorger van de religie die hij aanhangt. In de Mesdag werken een dominee, pastor, imam en een humanist. De dominee en de pastor verzorgen op zondag een kerkdienst. Daarnaast verzorgen zij individuele en groepsgesprekken. De imam verzorgt op vrijdag een dienst.
  • Verlof
    Hoe het verlof wordt ingevuld bepaalt de patiënt in overleg met de medewerkers van zijn unit.